Bij het geen wij, op het Artikel MELIS STOKE, Deel XXIII, bl. 23, wegens deezen, naar gelange van zijnen tijd, geleerden Monnik gezegd hebben, moeten wij hier nog voegen, dat hoe hinkenden en kreupelen gang de Regels van ‘s Mans Rijm-Kronijk ook mogen hebben, nogthans mannen van den eersten rang in het Gemeenebest der Letteren, dit Geschrift voor een waardig gedenkstuk der aloude Geschiedenisse beschouwd, en het daarom waardig gekeurd hebben, aan de uitgave en opheldering van hetzelve hunnen tijd en kunde te besteeden. De eerste uitgave wierdt bezorgd door den geleerden JANUS DOUZA, of JAN VAN DER DOES.
Op hem volgde KORNELIS VAN ALKEMADE, die het Werk met zijne Aantekeningen verrijkte, en in den text, naar een beter oorspronklijke, aanmerkelijke verbeteringen maakte. Niet op éénen dag te noemen zijn ondertusschen, beide deeze uitgaven met die van den geleerden BALTHAZAR HUIDEKOPER, wiens Aantekeningen op de Kronijk eenen schat van Vaderlandsche Oudheidkunde bevatten.
