een vermaard Nederlandsch Kunstschilder, gebooren te Leiden, op den twintigsten October des Jaars 1640. Zijns Vaders naam was KORNELIS PIETERSZOON VAN SLINGELAND, en die van zijne Moeder TRYNTJE VAN POLAKEN.
GERARD DOU was zijn Leermeester, welken hij zo vlijtig naastreefde, dat, eerlang, van hem het gerugt uitging, dat hij denzelven niet slegts in de verkiezing van stukken, maar zelf in de netheid van uitvoeringe bijkans evenaarde. Zelf waren zommigen van oordeel, dat SLINGELAND, in eenige opzigten, zijnen Meester boven ’t hoofd was gewassen. Intusschen zogt men, van deeze meerderheid, de reden in het onbegrijpelijk geduld, welk hij aan zijne Kunststukken te koste leide. Men vindt aangetekend, dat hij aan een enkel familiestuk drie jaaren bezig is geweest. Van hier, dat van zijn penseel niet zeer veele gewrogten voor handen zijn. Onze Kunstenaar was van een stillen aart en deugdzaamen wandel. Met den roem daar van daalde hij ten grave, in den ouderdom van ruim eenenvijftig jaaren, op den zevenden November des Jaars 1691.
