Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 31-10-2023

CHESTER, EDUARD

betekenis & definitie

had, geduurende het beleg der Stad Leiden, het bevel over vijf Vaandelen Engelschen, die, door ORANJE, geplaatst waren te Valkenburg, daar men had aangevangen een schans te maaken. Op het naderen der Spanjaarden, verliet CHESTER zijnen post, zonder de vijanden aftewachten, begaf zig onder de Stad, en begeerde binnen gelaaten te worden.

Doch de Burgerij, geen goed oog op de Engelschen hebbende, wilde hun niets meer toestaan, dan legering onder de wallen. Het volk, zig niet willens op den slagtbank willende laaten brengen, liep terstond, op dertig man na, naar den vijand over; waar op op deze dertig man daarop werden binnen gelaaten. Vijf andere Engelsche Vaandelen, die aan de Goudsche Sluis lagen, betoonden, door hunne manlijke verdediging, die zij, zo lang mogelijk, te werk stelden, dat de Leidenaaren veel te slechte gedachten van hunne Landgenooten gehad hadden. Dat ORANJE zelfs uit het gemelde gedrag van CHESTER niets ten zijnen nadeele besloot, blijkt daaruit, dat de Vorst zig, in ‘t volgende jaar, van hem bediende, om, met bewilliging van Koninginne ELISABETH, eenige penningen in Engeland te ligten. Of hij daar in al of niet slaagde, is onbekend.

Zie ‘t Verhaal van de Belegering van Leiden.

< >