Behalve in Antarctica komen over de gehele wereld zoetwaterschildpadden voor. Ze hebben plattere rugschilden dan de landschildpadden en- brengen de meeste tijd door in het water.
De geslachten Chrysemys, Emys, Mauremys, Clemmys, Cuora, Terrapene, Graptemys, Malaclemys vormen de familie Emydidae of Moerasschildpadden.Verder zijn hier vertegenwoordigd de bijtschildpadden, grootkopschildpadden, slijkschildpadden, borstklepschildpadden, slangehalsschildpadden en weekschildpadden. De hier besproken schildpadsoorten zijn deels waterdieren, deels amfibisch. In Europa komen ervan voor de Europese moerasschildpad en de Kaspische beekschildpad. De eerstgenoemde leeft in stilstaand of langzaam stromend water en in sloten en moerassen. De tweede komt in meer open water voor.
1 Roodwangschildpad (Chrysemys scripta elegans). N.-Amerika; lengte schild 20 cm; groenachtig; rode streep achter het oog.
2 Bijtschildpad (Chelydra serpentina). Oost-N.-Amerika; lengte schild 30 cm; zwart-bruin; bijterig; verlaat zelden het water.
3 Grootkopschildpad (Platysternon megacephalum). Noordelijk O.-Azië; lengte schild 23 cm; lijkt wel op de bijtschildpad.
4 Muskusschildpad (Sternotherus odoratus). Oost-N.-Amerika; lengte schild 11 cm; bruin; minder waterdier dan de bijtschildpad; geeft een muskusachtige geur bij gevaar.
5 Gewone slijkschildpad (Kinosternum subrubrum). Z.O. van de U.S.A.; lengte schild 10 cm; bruin; voorste en achterste deel van het rugschild zijn wat scharnierend.
De schildpad kan zich in het ’huis’ terugtrekken.
6 Kaspische beekschildpad (Mauremys caspica). Z.W.-Europa en Balkan;
lengte schild 20 cm; bruin of olijfgroen.
7 Europese moerasschildpad (Emys orbicularis). Z.-Europa, W.-Azië, N.W.Afrika; lengte schild 25 cm; bruin of zwartachtig, vaak met lichte stippen. Voorste deel rugschild iets scharnierend.
8 Oostelijke sierdoosschildpad (Terrapene carolina). Oost-U.S.A.; lengte schild 15 cm; zwart of bruin met geel; door een dwarsscharnier kan het buikschild gesloten worden als kop, poten en staart zijn ingetrokken. Een moerasschildpad die beter aan een landleven is aangepast.
9 Driekiel doosschildpad (Cuora trifasciata). N.-Indochina; Z.-China; lengte schild 20 cm; strepen op de kop.
10 Zaagtandschildpad (Graptemys kohni). Zuiden van de U.S.A.; lengte schild 25 cm; bruinachtig met gele kopstrepen. Hoofdzakelijk carnivoor.
11 Diamantrugschildpad (Malaclemys terrapin). Oost-U.S.A. Lengte schild 23 cm; zwart, bruin of grijs; in brak water.
12 Roodstreep schildpad (Chrysemys picta dorsalis). Zuid-U.S.A.; lengte schild 13 cm; zwart schild met brede
rode streep; plantaardig en dierlijk voedsel.
13 Druppelschildpad (Clemmys guttata). Oost-U.S.A.; lengte schild 11 cm; donker met gele vlekken.
14 Terekay schildpad (Podocnemis unifilis). Tropisch Z.-Amerika; lengte schild 20 cm; grijsachtig olijfgroen; gele kopvlekken. Schildpad met lange hals die door zijdelingse buiging onder de schildrand wordt verborgen (halswender), voornamelijk aquatisch en omnivoor.
15 Slangehals schildpad (Chelodina longicollis). Australië; lengte schild 11 cm; eveneens een halswender.
16 Doomrand-weekschildpad (Trionyx spiniferus). N.-Amerika; lengte schild 43 cm; grijs of bruin; bijterig; het bijten kan gezien worden als verdediging, omdat het schild zacht is en minder bescherming geeft.
