Het juiste woord

Dr. L. Brouwers (1928)

Gepubliceerd op 20-03-2024

Vierhoek

betekenis & definitie

Naamwoord: vierhoek, parallellogram, rechthoekig parallellogram, scheefhoekig -, rombolde, rechthoek, vierkant, kwadraat (qua...), ruit, rombus, rechthoekig trapezium, gelijkbenig -, ongelijkbenig trapezolde, deltoïde.

de benen van een gelijkbenig trapezium, de opstaande zijden van een ongelijkbenig trapezium, de twee basissen, onderste basis, bovenste -, gemiddelde hoogte, het paar evenwijdige zijden, de beide paren evenwijdige zijden.

Adjectief: vierhoekig, rombisch.

< >