Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 07-06-2019

Timarchus

betekenis & definitie

Timarchus - Τίμαρχος, Athener, die met Demosthenes eene γραφὴ παραπρεσβείας tegen Aeschines (z. a.) indiende. Voordat de zaak echter in behandeling kwam, klaagde Aeschines hem aan wegens zijn onzedelijk leven, ten gevolge waarvan Tim. van zijn burgerrecht beroofd werd en niet meer als aanklager konde optreden.

V. a. hing hij zich op, voordat het proces tegen hem afgeloopen was.

< >