Heraclīdae - Ἡρακλεῖδαι, zonen en afstammelingen van Heracles. De kinderen, die bij den dood van den held in de Peloponnesus achterbleven, werden reeds spoedig door Eurystheus vervolgd en genoodzaakt in Attica een toevluchtsoord te zoeken. Theseus of Demophon nam hen welwillend op, en toen Eurystheus met geweld hunne uitlevering wilde afdwingen, werd zijn leger verslagen en hij door Hyllus, den oudsten zoon van Heracles, gedood.
Steunende op een orakel, dat hun geluk op hunne onderneming beloofde, indien zij de derde vrucht afwachtten, beproefden Hyllus en zijne afstammelingen nog meermalen de regeering over de Peloponnesus te verwerven, totdat Temenus, Cresphontes en Aristodēmus, achterkleinzonen van Hyllus, er in slaagden, het schiereiland te veroveren, dat zij onder elkander verdeelden: Temenus kreeg Argos, Cresphontes Messenië, en de zonen van Aristodēmus (z. a.) Lacedaemon. Dit verhaal van de terugkomst der Heracliden strekt om de rechten der Doriërs, die de Peloponnesus veroverd en de oude bevolking onderworpen hadden, te steunen op de vroeger door Heracles verworven aanspraken.—Ook de koningen van Macedonië noemden zich Heracliden en beweerden van Temenus af te stammen.—In Lydië regeerde gedurende meer dan vijf eeuwen een dynastie van Heracliden, waarvan Candaules de laatste was; de stamvader van deze dynastie zou door Heracles bij eene slavin van Jardanus verwekt zijn.