Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 18-06-2019

Attila

betekenis & definitie

Attila - koning der Hunnen, bijgenaamd de geesel Gods, regeerde eerst (434 na C.) met zijn broeder Bleda, dien hij echter liet ombrengen (444). In 441 en 442 en later in 447 en 448 verwoestte hij het oost-romeinsche rijk en noodzaakte hij keizer Theodosius II hem om vrede te verzoeken en schatting te betalen. Vervolgens richtte hij zich naar het Westen, drong met een leger van 500000 man in Gallia door, doch werd in de Catalaunische velden (bij Châlons-sur-Marne, v.a. bij Troyes) verslagen door de vereenigde legers van den romeinschen veldheer Aëtius, den frankischen koning Meroveüs en den westgothischen koning Theodorik (451).

Attila verloor in dezen slag een vierde van zijn leger. Met het overschot viel hij in Italië, veroverde en verwoestte o.a. het sterke Aquileia, doch spaarde Rome op de bede van paus Leo I (452). Naar Pannonia teruggekeerd, stierf hij in 453, waarop het rijk der Hunnen te niet ging.

< >