Pelops - In de Griekse mythologie de zoon van Tantalos en dus de kleinzoon van Zeus. Toen Pelops een kleine jongen was, werd hij door zijn vader gedood en als voedsel aan de genodigde goden voorgezet, om deze laatsten op de proef te stellen. Alleen Demeter at ervan. Na de ontdekking werden de stukken gekookt en door de goden weer levend gemaakt. Het schouderstuk dat Demeter opgegeten had, werd vervangen door een ivoren plaat. Volwassen geworden verliet Pelops zijn vaderland Lydië en kwam naar Elis, waar koning Oinomaos beloofd had zijn dochter, Hippodameia, uit te huwelijken aan de kandidaat, die hem in een wagenwedren zou verslaan. Pelops slaagde hierin dankzij de medewerking en de list van ’s konings wagenmenner, Myrtilos, die de metalen aspin door een wassen stuk had vervangen. Bij de wedren liep de as warm, de was smolt en koning Oinomaos verongelukte. Aldus won Pelops zijn bruid en het koninkrijk Elis. De dienaar Myrtilos werd in zee geworpen om de getuige van de misdadige list uit de weg te ruimen. De verdrinkende Myrtilos vervloekte het geslacht van de Pelopiden. Reeds bij Pelops’ kinderen werd de vloek werkelijkheid (zie Atreus, Thyestes). Naar Pelops werd het zuiden van Griekenland genoemd: Peloponnesos (Eiland van Pelops). In Elis werd Pelops na zijn dood als een held gevierd en vereerd door offers en spelen, waaronder vooral de wagenrennen. Hierdoor zouden ook op de Olympische spelen (zie Agones) deze wagenrennen in het programma ingelast zijn sedert 680 v.C.
Volgens andere versies, o.a. die van Pindaros, zou Pelops een gespan met wondersnelle paarden van Poseidon gekregen hebben en aldus gewonnen hebben van Oinomaos, waarna Pelops Hippodameia zou hebben ontvoerd. Pelops had zijn tempel, het Pelopion, binnen het heilige ommuurde terrein van Olympia, de Altis.