Volleybal is een balspel, dat nog niet zo lang geleden is ‘uitgevonden maar dat op het ogenblik in Nederland en België reeds tienduizenden beoefenaars heeft. Een volleybalwedstrijd wordt gespeeld tussen twee teams van elk zes personen.
Het veld (dat zowel in de openlucht als in een zaal kan liggen) is door een hooggespannen net verdeeld in twee helften. Aan elke zijde van het net is een team opgesteld. Het doel van het serverende team is een ronde, lichte bal ter grootte van een voetbal in het veld van de tegenpartij de grond te doen raken. Telkens als dit gebeurt, verovert de partij aan wie dit lukt een punt. Tijdens de wedstrijd is het de spelers verboden de bal vast te pakken, behalve dan voor het opslaan van de bal na elk punt. Wel mag de bal van de ene speler naar de andere worden geplaatst; meer dan drie keer achtereen mag dat niet gebeuren, dan moet de bal naar de andere zijde van het net.
De partij, die 15 punten heeft gescoord, heeft de set gewonnen mits de tegenpartij minstens twee punten achterstaat. Is dit laatste niet het geval, dan wordt de wedstrijd verlengd, totdat een verschil van 2 punten is behaald; bijvoorbeeld 17-15, 18-16, enz.