Kurk heeft talrijke toepassingsmogelijkheden. Er worden flessen mee afgesloten; zwemvesten mee gevuld en onderzetters van gemaakt; kurk vormt een belangrijk onderdeel van tropenhelmen, kunstledematen en bepaalde sporthallen en wordt
Het oogsten van kurk van de kurkeik.
bovendien gebruikt als isolatiemateriaal in ijskasten en vriesruimten.
Die vele toepassingsmogelijkheden heeft kurk te danken aan vier belangrijke eigenschappen: lichtheid, waterdichtheid, elasticiteit en isolatievermogen.
Kurk is afkomstig van de bast van een bepaald soort eik: de kurkeik, die vooral gevonden en gekweekt wordt in Spanje en Portugal. Bijna alle boomsoorten hebben kurk in hun schors, maar hun hoeveelheid valt in het niet bij die van de kurkeik.
Een kurkeik moet 20 jaar oud zijn voor de kurk waard is geoogst te worden. Als die oogst zorgvuldig wordt uitgevoerd, ontwikkelt de boom een nieuwe laag kurk, die elke zeven of acht jaar kan worden weggenomen. Eén stevige kurkeik kan per oogst meer dan 200 kg kurk opleveren. Gewoonlijk is de opbrengst van een boom echter iets minder. De ruwe kurk wordt gekookt om het materiaal te zuiveren en te verzachten. Later wordt de buitenste laag geschraapt.
Het grootste gedeelte van de wereldkurkproduktie is afkomstig uit Spanje en Portugal en wordt van die landen uit naar alle delen van de wereld verscheept. De industrie brengt de onbewerkte kurk in de benodigde vorm. Een van de opmerkelijkste bewerkingen is die, waarbij kurk in zulke dunne vliezen wordt gesneden, dat 500 ervan een stapel van nog geen drie centimeter vormen.