Evenals een vliegtuig kan een helicopter vooruit vliegen. Daarnaast kan het toestel echter een aantal bewegingen uitvoeren, die voor een vliegtuig onmogelijk zijn.
Zo kan een helicopter loodrecht stijgen en dalen; achteruit vliegen; doodstil in de lucht blijven staan en landen op een stukje land van een paar vierkante meter. Helicopters zijn gemakkelijk van vliegtuigen te onderscheiden. Ze hebben geen vleugels en worden in de lucht gehouden door reusachtige schroefbladen, die ‘rotprs’ genoemd worden. Als een helicopter slechts één hoofdrotor heeft, is hij altijd uitgerust met een kleine staartrotor, die dienst doet als richtingsroer. Als het toestel daarentegen is uitgerust met meer hoofdrotors vervalt de staartrotor gewoonlijk.
De schroefbladen van de rotor zorgen ervoor, dat de helicopter omhoog gaat. De piloot kan die schroefbladen een andere stand geven en daardoor de meeste bewegingen van zijn toestel uitvoeren. De rotors worden uiteraard aangedreven door motoren. Soms bevinden die motoren zich aan de as van de rotor; soms ook zijn ze gemonteerd aan de uiteinden van de schroefbladen. Dat laatste is o.m. het geval met de ‘Kolibri’, een helicopter van Nederlands fabrikaat, die intussen niet meer vervaardigd wordt.
Het idee van de helicopter is niet nieuw. De geniale Italiaan Leonardo da Vinci ontwierp meer dan 400 jaar geleden al een helicopter en bouwde zelfs enkele modellen, die werkten. Later bouwden anderen eveneens helicoptermodellen. Helicopters van praktische waarde zijn echter van jongere datum dan vliegtuigen. De eerste waardevolle helicopter maakte zijn proefvlucht in 1939; hij werd ontworpen door de bekende Amerikaans-Russische vliegtuigontwerper Igor Sikorsky. Helicopters kunnen de meest uiteenlopende functies vervullen.
Ze kunnen post van een vliegveld naar de stad brengen; de politie helpen bij het regelen van het verkeer; passagiers vervoeren tussen plaatsen, die te dicht bij elkaar liggen om een dienst met vliegtuigen mogelijk te maken; helpen bij het besproeien van landerijen; drenkelingen redden of mensen in nood evacueren van bergtoppen, ijsvelden of uit overstroomde gebieden; troepen vervoeren in de frontlinie en gewonde soldaten naar veiliger oorden brengen. Het besturen van een helicopter is niet gemakkelijk. Zelfs geroutineerde vliegers hebben vele uren praktijk nodig om veilige helicopterpiloten te worden. Helicopters, hoe nuttig ze ook zijn, zullen trouwens nooit de plaats van het vliegtuig kunnen overnemen. Vliegtuigen hebben niet alleen een veel groter vliegbereik maar zijn bovendien aanzienlijk sneller dan helicopters, waarvan de snelste de 250 km per uur nauwelijks halen.