Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Diederik Sonoy

betekenis & definitie

eigenlijk: Snoey. Ned. militair en bestuursambtenaar, *1529 Kalkar. ✝ 2.6.1597 Pieterburen.

Kleefs edelman: ging tot het calvinisme over; verkreeg door zijn huwelijk met Maria van Malsen uitgebreid grondbezit in Holland; werd lid van het → Compromis: week 1567 uit; behoorde 1568 tot de edelen die zich in Duitsland tot een nieuw Compromis verbonden en zamelde in deze hoedanigheid in de Nederlanden geld voor Oranje in: werd na de val van Enkhuizen (28.5.1572) gouverneur van deze plaats en veroverde vandaaruit Hoorn, Medemblik en andere plaatsen; 2.6.1571 luitenant-gouverneur van prins Willem van Oranje voor het Noorderkwartier, voerde daar meer dan 16 jaar een schrikbewind tegen de rooms-katholieken: moord op de Alkmaarse en Ransdorpse martelaren (juni en nov. 1572) en verwoesting van de abdij van Egmond; veroverde 1575-80 Kampen en Deventer in dienst van Rennenberg. Belegerde 1580 met Willem Lodewijk Groningen; bouwde 1580 de vesting Bourtange; weigerde tijdens Leicester (1585—87) de eed aan Maurits af te leggen en trotseerde na Leicesters vertrek het gezag van de Staten. Maurits belegerde hem in Medemblik (1588). Het luitenant-gouverneurschap werd afgeschaft. Na 1588 woonde Sonoy enige tijd in Engeland; keerde 1594 naar de Republiek terug.Litt. J.L.Jonckheer, D.Sonoy (in: Liber amicorum Lauwerys 1976).

< >