Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Haguenau

betekenis & definitie

duitsch Hagenau, lat. Hagenoa, stad in het franscbe dept.

Beneden-Rijn, aan de Moder, ruim 6 uren gaans benoorden Straatsburg; 11,500 inw.; werd 1675 te vergeefs belegerd door Montecuculli, 1705 ingenomen door de Oostenrijkers, 1706 heroverd door maarschalk Villars; bij H.werd 1793 de austro-pruisische armee verslagen door de Franschen. Eertijds was H. een der tien rijkssteden in de keizerlijke landvoogdij H. in den Élzas (H„ Colmar, Schlettstadt, Weissenburg, Landau, Obernheim, Rosheim, Munster in het George-dal (Muhlhauseu in de Sundgau scheidde zich 1515 af en verbond zich met Zwitserland), Kaisersbergen Turkheim. Bij den Westfaalschen vrede kwam het kindschap H. aan Frankrijk.

< >