Ensie 1949

Redacie Cornelis Jakob van der Klaauw, Herman Johannes Lam, George Lignac (1947)

Gepubliceerd op 10-07-2019

Maag- en darmziekten bij kinderen

betekenis & definitie

Er bestaat ook hier weer een groot verschil tussen wat bij volwassenen voorkomt en wat de kinderleeftijd te zien geeft. Bij het kind overwegen de acute, lichtere aandoeningen, al komen er daarnaast een aantal zwaardere ziektebeelden met anatomische veranderingen voor; bij volwassenen ziet men meer chronische, ernstige gevallen, waaraan vaak zweren en gezwellen ten grondslag liggen.

Wat betreft de slokdarm zijn het in hoofdzaak de aangeboren afsluitingen (oesofagus-atresie), die vermeldenswaard zijn. Het voedsel kan dan de maag niet bereiken en het kind begint al na de eerste teug moedermelk benauwd te worden en het gedronkene uit te braken. Door voor zichtig sonderen voelt men op zekere afstand van de mond een weerstand, en een X-foto met contrastvloeistof toont aan, dat de slokdarm hier blind eindigt . Moest men tot voor kort deze kinderen steeds als verloren beschouwen, tijdens de oorlog is er een operatie gevonden waardoor één van de drie patiëntjes in leven blijft.

Behalve deze aangeboren misvormingen komen er feitelijk aan de slokdarm alleen nog verbrandingen en etsingen door het drinken van hete en bijtende vloeistoffen voor, die dan onmiddellijke behandeling vragen, willen er naderhand door littekenschrompeling geen uiterst gevaarlijke vernauwingen optreden.

De maag biedt op zich zelf niet veel afwijkends, zweren (bij volwassenen zo frequent) kent de kinderarts niet. Des te beter kent hij de uitgangsvernauwingen van de maag door krampachtige samentrekking van de verdikte kringspier bij de jonge zuigeling (pylorospasmus). Hierdoor ontstaat een zeer typisch beeld. Het kind, dat normaal ter wereld komt en zijn voedsel ogenschijnlijk goed verdraagt en verteert, begint op de leeftijd van omstreeks drie weken te braken. Dit braken neemt in weinig dagen geregeld in kracht toe, zodat tenslotte de maaginhoud na elke maaltijd als door een explosie naar buiten wordt gestoten, waarbij een deel zelfs door de neus te voorschijn komt. Het kind vermagert hierdoor zienderogen; het heeft weinig ontlasting en urineert weinig. In de maagstreek ziet men de sterke peristaltische samentrekkingen van de maag van links naar rechts lopen . Een X-foto maakt duidelijk dat de maaguitgang vernauwd is en dat de maaginhoud moeilijk naar de lagere darmgedeelten passeert.

De gebruikelijkste behandeling is de operatie van Ramstedt, een ingreep bij welke de verdikte pylorusspier tot op het slijmvlies gekliefd wordt, waarna de buik weer gesloten wordt. Het resultaat is gewoonlijk uitstekend en de sterfte uiterst gering. Handige operateurs boeken vaak in 100% hunner gevallen succes. Toch is er nog een andere, meer conservatieve manier van behandelen mogelijk, nl. die met krampopheffende middelen als papaverine en eumydrine. Hoewel de resultaten nog lang niet altijd fraai zijn, ligt hier een mogelijkheid voor de toekomst.

Ook aan de twaalfvingerige darm van het kind ziet men vrijwel nooit zweren. Wel kent men hier weer aangeboren vernauwingen en algehele afsluitingen (duodenaalstenose) . Het kind drinkt goed, doch begint weldra met golven te braken. Zit de afsluiting achter de uitgang der galwegen, dan is het braaksel gallig-groen, voor de diagnose een zeer belangrijk punt. Operatie heeft tot dusverre slechts in een enkel geval succes opgeleverd.

De dunnedarm-ziekten bij kinderen (afgezien van de voedingsstoornissen der zuigelingen) verlopen ongeveer als bij de volwassenen. Men onderscheidt ook hier een acute en een chronische enteritis (darmontsteking) en spreekt van rottings- en gistingsdiarrhoe.

Een zeer typische kinderziekte met darmverschijnselen is de ziekte van Gee-Herter of coeliakie (Herters infantilisme). Hierbij komt een chronische diarrhoe voor, waardoor het kind sterk vermagert, doch waarbij het tevens een dikke opgezette buik krijgt, die daarmee in tegenspraak schijnt. De ontlasting blijkt zeer vetrijk te zijn, en de kern der ziekte is dan ook te zoeken in een slechte vetresorptie door de darmcellen: de ziekte is dus identiek met de tropische spruw . Het woord spruw houdt hier geen verband met ‘spruw’ in de mond van zuigelingen, een onschuldige schimmelinfectie. De behandeling bestaat in een eiwitrijk, vetarm dieet, waaraan veel vruchten en vruchtensappen zijn toegevoegd. Vooral van bananenkuren en van een langdurig gebruik van eiwitmelk is heil te verwachten; de duur der ziekte is gewoonlijk enige jaren . Van de dikkedarm-ziekten vermelden wij nog de ziekte van Hirschsprung of megaeolon. Hierbij bestaat er, evenals bij de ziekte van Herter, een opzetting der buik, die echter een geheel andere oorzaak heeft. Deze kinderen hebben nl. een hardnekkige obstipatie, het gevolg van het ondoelmatige functionneren van de dikke darm, die enorm verwijd is en een dikke spierlaag bezit. Als laatste oorzaak is er een dysfunctie van het sympathische zenuwstelsel. Hier kan slechts een operatie baten, die bestaat in een ingreep aan het sympathische zenuwstelsel (sympathectomie), of in het verkleinen evt. wegnemen van de verwijde darmgedeelten, beide vrij ingrijpende operaties.

< >