Ensie 1949

Redacie Cornelis Jakob van der Klaauw, Herman Johannes Lam, George Lignac (1947)

Gepubliceerd op 10-07-2019

De heelkunde der borstorganen

betekenis & definitie

Van de aandoeningen van de borstwand zijn de ontstekingen en de gezwellen van de borstklier de voornaamste. De kanker van de vrouwenborst is door een ruime verwijdering van de borst met röntgenbestraling (eventueel vóór en zeker na de operatie) nog te genezen, mits de patiënte zich onder behandeling stelt, zodra zij een knobbel in de borst ontdekt en geen kostbare tijd verloren laat gaan.

De heelkunde van de longen en het borst vlies is in de laatste kwart eeuw enorm vooruitgegaan, dank zij de moderne röntgenologische onderzoekingsmethoden, het endoscopische onderzoek van de bronchi (bronchoscopie) en van de pleuraholte met de thoracoscoop, een instrument, dat tussen twee ribben aan de voorzijkant van de borst in de borstholte wordt gebracht en de bezichtiging van het borstvlies en van de buitenkant van de long mogelijk maakt. Het röntgenonderzoek is voor de heelkunde der longen onmisbaar. De doorlichting geeft een indruk van de adembewegingen van de borstwand en van het middenrif, de grootte en de vorm van het hart en de grote bloedvaten en vertoont verdichtingen in het longweefsel door ontstekingsprocessen of gezwellen. Door de patiënt tijdens de doorlichting in verschillende richtingen te draaien, kan men de plaats van de ziekelijke afwijking bepalen. Een ophoping van vocht in een longabsces of buiten de long wordt zichtbaar; door de patiënt in een andere houding te plaatsen, ziet men de vloeistofspiegel van stand veranderen. De verschillende afwijkingen worden dan op een X-foto vastgelegd, waardoor ook een betere bestudering van bijzonderheden in het beeld mogelijk wordt.

Bij de tomografie (planigrafie) worden Xfoto’s vervaardigd op verschillende diepten, waardoor de ligging van een absces of gezwel in de long nauwkeuriger kan worden vastgelegd. Tenslotte maakt de röntgenoloog gebruik van de bronchografie: het röntgenonderzoek van de met contraststof (lipiodol) gevulde bronchi tot in hun fijnste vertakkingen. Vernauwingen door druk van een gezwel en vooral de verwijding der bronchi (bronchiectasieën) zijn zodoende goed zichtbaar te maken (.

Gedurende lange tijd bepaalde de heelkunde van de borstorganen zich tot het draineren van etterophopingen in de borstholte door het wegnemen van een stukje rib en het openen der holte. Tegenwoordig maakt men meer gebruik van een zuigdrainage] men schuift dan een buisje door een kleine opening tussen twee ribben in de borstholte, dat aan een zuigapparaat wordt verbonden. Het resultaat is, dat de borstholte voortdurend wordt leeggezogen.

Wanneer de vrije pleuraholte wordt geopend, valt de long samen en ontstaat er een open pneumothorax (lucht in de borstholte), die levensgevaarlijke stoornissen in de werking van het hart en van de andere long veroorzaakt. Het opereren in de open pleuraholte werd eerst mogelijk na de ontdekking van de methode om de longen in een van de buitenwereld afgesloten ruimte onder overdruk te laten ademen, voordat de borstholte geopend wordt waardoor dus de druk binnen de long hoger is dan de atmosferische druk in de open pleuraholte. Daardoor wordt het gevaarlijke plotselinge samenvallen van de long bij het openen der borstholte vermeden. Wanneer tijdens de operatie de overdruk weer geleidelijk vermindert en de long langzaam samenvalt, wordt de gevaarlijke plotselinge verandering van de drukverhoudingen in de borst voorkomen. Ook bereikt men dit doel door enige dagen vóór de operatie stikstof in de gesloten borstholte te brengen: het aanleggen van een kunstmatige, gesloten pneumothorax, waardoor de long langzaam samenvalt en de borstorganen de tijd krijgen zich aan de veranderde verhoudingen aan te passen.

Voor een operatie aan de long of voor de verwijdering van een gezwel uit de ruimte tussen de twee borstholten , wordt de operatie vergemakkelijkt als de long is samengevallen en daardoor de overzichtelijkheid van het operatie terrein groter is geworden. Zo behandelt men de longgezwellen en de met etter gevulde verwijdingen van de bronchi door verwijdering van een of meer longkwabben, ja zelfs in sommige gevallen van de gehele long. De moeilijkheid van het luchtdicht sluiten van de stomp van de hoofdbronchus der weggenomen longkwab of gehele long is door de tegenwoordig toegepaste techniek practisch overwonnen. Voor deze longoperaties is een bijzondere genees- en heelkundige behandeling vóór, tijdens en na de operatie nodig. Om de achtergebleven rest van de long weer tot ontplooiing te brengen en vochtophoping uit de borstholte weg te zuigen, wordt na het sluiten der operatiewond de bovenbeschreven zuigdrainage aangebracht. Een longabsces daarentegen wordt nooit geopend in een open borstholte, omdat een dodelijke infectie van het borstvlies dan niet te vermijden is.

Voor het openen van een longabsces is het nodig, dat de long vergroeid is met de borstwand. Als de ontsteking zelf geen vergroeiing tot stand heeft gebracht, dan maakt men eerst kunstmatig een verkleving van de long met de borstwand, waarna door een tweede operatie enkele weken later het longabsces kan worden opengebrand zonder gevaar voor besmetting van de borstholte . In de laatste tijd behandelt men het longabsces liever met lobectomie (wegneming van de longkwab).

De heelkundige behandeling der longtuberculose tracht de cavernen, de door de ziekte in de long veroorzaakte holten, tot genezing te brengen door dat deel van de long, waarin de caverne zit, te doen samenvallen en buiten werking te stellen, eventueel zelfs weg te nemen. De eenvoudigste manier hiervoor is de kunstmatige pneumothorax, die meestal binnen, soms buiten het borstvlies tussen borstwand en borstvlies, door vulling met stikstof wordt aangelegd. Het is niet de bedoeling de long samen te drukken, maar vrij van de borstwand te maken, zodat het orgaan de kans krijgt toe te geven aan zijn eigen neiging tot samentrekken. Bestaan er strengvormige vergroeiingen tussen long- en borstwand, die het samenvallen der long verhinderen, dan worden deze met de thoracoscoop opgezocht in de borstholte en doorgebrand, waardoor de long losraakt van de borstwand en kan samenvallen. Bij het aanleggen van een pneumothorax wordt de druk in de holte gedurende de vulling met gas door een manometer bepaald.

Maken uitgebreide vergroeiingen tussen long en borstwand een pneumothorax onmogelijk, dan laat men de long samenvallen door verwijdering van een aantal ribben (thoracoplastiek of collapstherapie).

Daardoor wordt de borstwand slap en kan de long bij de samenschrompeling de borstwand met zich meetrekken. Meestal worden alleen de bovenste ribben weggenomen, omdat de ziekte hoofdzakelijk de bovenkwab van de long aantast. Is de hele long ziek, dan worden ook de lager gelegen ribben weggenomen. Soms moet het middenrif verlamd worden door verwijdering van de nervus frenicus. Grote cavernen worden soms rechtstreeks van buiten af geopend en gedraineerd. In enkele gevallen is wegneming van een longkwab (lobectomie) of van de gehele long fpneumonectomiè) aangewezen. Operaties bij tuberculose van de longen, nieren en geslachtsorganen geschieden tegenwoordig onder bescherming van streptomycine.

Operaties aan het hart zijn nodig bij de behandeling van ongevalsletsels van het hart en het hartezakje. Gevaarlijk is de door een verwonding ontstane ophoping van bloed in het hartezakje, die een druk op het hart uitoefent, waardoor de hartwerking belemmerd wordt. Wanneer het hartezakje tijdig wordt geopend en geledigd en de hartwond dichtgehecht wordt, kan de patiënt, als er tenminste geen ernstige wondinfectie bestaat, nog gered worden.

Bij ontstekingen van het hartezakje komt de opening en drainage hiervan ter sprake; in verouderde gevallen, wanneer de wand van het hartezakje door verdikking en samenschrompeling het hart omklemt en in zijn werk belemmert, kan het hart door verwijdering van een groot deel van de verdikte wand van het hartezakje uit deze omklemming bevrijd worden.

Bij de aangeboren abnormale verbinding tussen de aorta en de arteria pulmonalis, de opengebleven ductus Botalli, zijn ernstige hartverschijnselen bij kinderen door onderbinding van dit bloedvat te genezen. Ook vernauwingen van de lichaamsslagader en van de longslagader kunnen tegenwoordig operatief behandeld worden.

Van de heelkundige ziekten van de slokdarm is de in het bovenste deel van de slokdarm gelegen uitbochting (divertikel) door een operatie te genezen evenals de achalasie van de cardia, een door een onjuiste samenwerking van de sympathische en parasympathische innervatie van de maagingang veroorzaakte stoornis in de opening van de cardia bij de voedselopneming. De aangeboren afsluiting (atresie) van de slokdarm is een lijden, dat ook na het aanleggen van een voedingsfistel in de maag (zie Heelkunde der buikorganen) het kind in korte tijd doet sterven, tenzij de afsluiting radicaal kan worden geopereerd, waardoor in de Ver. St. reeds mooie resultaten bereikt zijn. De slokdarmkanker is een van de moeilijkst te behandelen ziekten, die er bestaan. Zit het gezwel in het borstdeel, dan kan na verwijdering hiervan in de borst een verbinding tussen de maag en het bovenste deel van de slokdarm gemaakt worden. Het aantal geslaagde operaties voor slokdarmkanker is nog gering en ook de resultaten van de röntgen- en radiumbestraling zijn tot nu toe onbevredigend.

Wanneer de slokdarm door etsing over een grote afstand is dichtgeschrompeld, kan men uit huid en darm een nieuwe slokdarm maken, een van de bewonderenswaardigste prestaties van de transplantatiechirurgie. Toch worden deze operaties tegenwoordig minder uitgevoerd. Men kan namelijk het littekenachtig vernauwde deel van de slokdarm reseceren en daarna weer een verbinding maken tussen het boven de vernauwing gelegen deel van de slokdarm en de maag (intrathoracale oesofago-gastronomie). In ons land heeft wijlen J. H. Zaayer veel bijgedragen tot de ontwikkeling der heelkunde van de longen en de slokdarm.

< >