Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

BEYERENPOLDERS

betekenis & definitie

Poldergebied in de gemeente → Duiveland, aan het Keten (slikken van Vianen); deel van het Waterschap Schouwen-Duiveland (opgericht 1959); oppervlakte ca. 51 ha; hoogteligging ca. 0,2 m N.A.P. De afwatering geschiedt via het gemaal in de Vier Bannen van Duiveland.

De Beyerenpolders vormen de zuidelijke punt van de → Oosterlandpolder. Groot en Klein Beyeren, respectievelijk het noordelijke en zuidelijke deel van de Beyerenpolders, werden omstreeks 1400 bedijkt op de verzande uitmonding van de Geule (→ Oosterlandpolder). Klein Beyeren was ook bekend als → Vianen. Deze laatste naam bestaat nog voor de omgeving van het vervallen haventje ter plaatse.

Tot 1959 maakten de Beyerenpolders deel uit van het Waterschap Ooster- en Sirjansland.

LITERATUUR

Wilderom, Tussen afsluitdammen 11.

< >