Jean Jacques Oliër werd in 1608 te Parijs geboren, studeerde theologie aan de Sorbonne, en werd door Vincentius di Paula voor een mystisch-contemplatief leven gewonnen. Hij werd zendingsprediker in Bretagne en Auvergne.
Lodewijk XIII bood hem het bisdom Chalons aan. Hij sloeg dit aanbod af en werd prediker te St.
Sulpice in Parijs. Daar stichtte hij een seminarie tot opleiding van jonge geestelijken.
Deze heetten Sulpitianen. In 1652 legde Oliër zijn ambt als prediker neer, om zich geheel en al aan zijn seminarie te kunnen wijden.
Filialen van dit seminarie vond men in verschillende Fransche steden, ja, zelfs in Canada (Montreal). Het seminarie der Sulpitianen bestaat nog altoos.
Het heeft aan de kerk veel knappe en wetenschappelijk goed onderlegde geestelijken geleverd (b.v. Fénélon).