De Jongelings- en Meisjesvereenigingen hebben in hare organisatie het grootste belang bij een goede Knapen- en Meisjesvergadering (dit onderscheid in benaming wordt n.l. in verband met het leeftijdsverschil met name in de Gereformeerde organisaties gemaakt, zie de artt.), gelijk een boom voor zijn leven, voor zijn bloei en vrucht, het grootste belang heeft bij een goeden wortel.
Nu mag de jongeling en het meisje (boven de 16 jaar) geacht worden die zelfstandigheid te bezitten, welke ze in staat stelt zelf te komen tot het oprichten en in ’t leven houden van een vereeniging. Maar daar knapen en jonge meisjes deze zelfstandigheid nog missen, treden hier de Ouders op, met name dan op het terrein der genoemde Gereformeerde organisaties. Van hen gaat nu zulk een Knapen- of Meisjesvergadering uit. Maar daartoe organiseeren zij zich eerst zelf in een Oudersvereeniging, die niet ongehuwde belangstellende ouderen uitsluit, maar toch in hoofdzaak een vereeniging van Ouders is. De eerst-geroepenen tot de zorg voor hun kinderen in opvoedkundig opzicht zijn toch de ouders-zelven. En zijn zij niet blind voor de belangen hunner kinderen, dan zullen zij óók inzien het belang van geschikte Knapen- en Meisjesvergaderingen.
De Oudersvereeniging heeft deze nu niet alleen op te richten, maar voorts ook zooveel mogelijk leiding te geven, toezicht te oefenen, steun te verleenen. Zij zal geschikte leiders en leidsters moeten opzoeken, adviezen geven, mee beraadslagen over den gang der werkzaamheden, localen, hulpmiddelen enz. In de gemeente zal de sympathie voor dezen tak van jeugdarbeid moeten worden opgewekt en levendig gehouden. Zij behoeft zelve niet dikwijls te vergaderen, maar vooral haar bestuur zal diligent moeten blijven.
Het instituut der Oudersvereeniging is aan de aandacht der Jeugdorganisaties aanbevolen door Ds Heida in zijn Referaat gehouden voor den Nederlandschen Bond van Gereformeerde Knapenleiders, Groningen 1919; en voorts in zijn werking beschreven in artikelen, verschenen in De Rijpere Jeugd, het Leidersblad e. a.; kwam wel is waar nog niet tot grooten bloei, maar kan voor de organiseering der jeugd van 13—15-jarigen leeftijd van groote beteekenis zijn.