Het tegenovergestelde van verdraagzaamheid, een sociale deugd, die het midden houdt tusschen oorlog en vrede. In Engeland leidde het despotisme van de Tudors tot de reactie van de republiek onder Cromwell.
Toen deze een mislukking bleek kwam na een pauze de regeering van Willem III, stadhouder van Holland. Onder zijn invloed sloten aristocraten en democraten een acte van tolerantie of verdraagzaamheid op politiek en kerkelijk terrein.
De onverdraagzamen, die wilden doorgaan met den strijd, totdat de sterkste partij de zwakkere den vrede zou hebben opgelegd, werden van toen af als gemeenschappelijke vijanden behandeld. Van toen af is de maatschappelijke bloei van Engeland begonnen.In de karakterkunde is de verdraagzaamheid een sociale deugd tegenover andersdenkenden, die het midden houdt tusschen vrede en twist. Het zelfgevoel dringt sommigen om tot uitersten te gaan bij verschil van meening. Daartegen waarschuwde reeds de Prediker (Cap. 7 vs. 16, 17). Hij die al te wettisch en al te wijs handelt of al te onwettisch en al te onwijs tegenover den naaste brengt verwoesting over zichzelf en sterft vóór den tijd. Anderen zijn echter weer te vredelievend, zoodat zij een valschen vrede verkiezen boven strijd. Daartegen waarschuwde de Heere Jezus, toen Hij sprak (Lucas 11 : 21): „Wanneer een sterk gewapende zijn hof bewaart, zoo is al wat hij heeft in vrede”.
Een verdraagzaam karakter weet het midden te houden tusschen de uitersten van vrede en twist met anderen. De onverdraagzame wil van geen middenweg weten. Zijn gedrag kan leiden tot het ontstaan van het sentiment der onverdraagzaamheid, dat algemeen veracht wordt. De onverdraagzame vreest als er vredespogingen gedaan worden, hij toornt als zijn tegenpartij den strijd moe is, hij verblijdt zich als de twistvlam uitslaat, doch wordt bedroefd als hem de gelegenheid tot het zeggen of doen van hatelijke dingen ontnomen wordt. En als de verdraagzame zoekt naar een modus vivendi met zijn tegenstander keert de onverdraagzame zich met walg daarvan af.