Geboren te Nancy 1610. In 1626 Jezuiet.
Hij werd bestemd voor prediker en voor wetenschappelijken arbeid. Hij verdedigde de rechten en vrijheden van de Gallicaansche kerk.
Daarom werd hij door den paus (1682) genoodzaakt de orde der Jezuieten te verlaten. Lodewijk XIV gaf hem een jaargeld en bezorgde hem een asyl in de abdij St.
Victor te Parijs. Daar stierf hij in 1685.
Hij was juist bezig met een geschiedenis van het Engelsche schisma. Sterk polemisch trad hij in zijn geschriften op tegen Luther en Calvijn.
Zijn hoofdwerken zijn Trois traités de controverse 1682. Les histoires de Sieur Maimbourg cy-devant Jésuite 1686.
Verschillende zijner boeken, die in het Duitsch, Hollandsch, Italiaansch en Poolsch vertaald waren, kwamen op den index. Zijn boek Traité historique de L’établissement et des prérogatives de L’Eglise de Rome et de ses Evesques, dat na zijn dood in 1685 verscheen, werd dadelijk op den index geplaatst.
In 1831 werd het herdrukt onder den titel Triumphe des libertés Gallicanes.