is de muziek, die in de kerk gezongen wordt als een deel van de liturgie en het orgelspel. Dit laatste maakt echter in den Gereformeerden eeredienst geen deel van de liturgie uit; het doet slechts hulpdienst tot steun van de vocale muziek of het gezang.
De begeleiding van het gezang der gemeente, de voor-, tusschen- en naspelen, die daarbij behooren, het orgelspel vóór het begin en na het einde van den dienst maken daar de instrumentale kerkmuziek uit.Tegen deze orgelmuziek in de kerken is in de eerste helft van de XVIIe eeuw hier te lande een hevige strijd ontbrand. In vele plaatsen zweeg het orgel bij het psalmgezang en liet het zich alleen vóór en na den dienst hooren. De Nationale Synode, in 1574 te Dordrecht gehouden, evenals die van 1578 in dezelfde stad, kantten zich scherp tegen de orgelmuziek in de kerken. De magistraten van sommige steden gelastten de organisten na den dienst „stichtelijcke stucxkens” te spelen met vermijding van alle lichtvaardige muziek. Vele kerkeraden en gemeenteleden beschouwden het orgelspel bij de godsdienstoefeningen als een „superstitieus” werk, een aanhangsel van het pausdom, een gevaarlijk gebruik. In verschillende in de XVIIe eeuw nieuw-gebouwde kerken, zelfs in groote steden, had men gedurende een lange reeks van jaren zelfs in ’t geheel geen orgel.
De Delftsche Synode, in 1638 gehouden, besliste dat het orgelspel een middelmatige zaak was, en dus aan de vrijheid der kerken kon overgelaten worden. Voetius bleef er zich hardnekkig tegen verzetten.
De vocale muziek of het kerkgezang, dat in de kerken der Gereformeerde gezindte het wezen van de kerkmuziek uitmaakt, is daar eenstemmig; in de Roomsche kerk is ook het koorgezang in zwang, waaraan de gemeente geen deel neemt. Hier en daar begint men in Protestantsche kerken het meerstemmig koorgezang in te voeren, zelfs laat men op sommige plaatsen solozangeressen onder den dienst optreden en geeft men aan het orgelspel een plaats in de liturgie.
In de kerken van Gereformeerde gezindte — met uitzondering van die kerken, waar men ook gezangen zingt — maakt het psalmgezang, begeleid dan door het orgel, de vocale kerkmuziek uit. Het is koraalmuziek, die gezet is in tien verschillende toonaarden. Zie verder het artikel Kerktoonsoorten.