van het Hebreeuwsche UPS = in goeden toestand, deugdelijk. Het tegenovergestelde van HSID dat in Ex. 22 : 31 bij ons door het verscheurde vertaald is.
De jood spreekt van Kauscher en treife, d. i. hetgeen geoorloofd en verboden is om te nuttigen.In de Thorah (b.v. Lev. 11, 18 en Deut. 14) is voorgeschreven welke dieren rein en onrein waren en hoe het geslachte gegeten moest worden.
Nu zijn de z.g. spijswetten uitgebreid en een voornaam deel van den Joodschen godsdienst geworden en daar het bereiden van spijs en drank het werk der vrouw is, neemt zij, ook zonder van het godsdienstig leven veel te weten, een voorname plaats in bij den vromen Jood. Want de verschillende voorgeschreven huishoudelijke verrichtingen om goed joodsch te leven, zijn niet gering.
Nimmer mag vaatwerk, waarin vleesch gelegd of gebraden wordt, voor eenig ander doel gebruikt worden. En het vleesch moet afkomstig zijn van een joodsch slager, die het Kascheroet, de vergunning van het Rabinaat, heeft.
Het vleesch bij zoo’n slager gekocht, moet thuis in de daarvoor bestemde pot of pan, geheel onder water worden gezet om na een half uur er uit te worden genomen. Als het water er afgeloopen is, legt men het vleesch weer in een daarvoor uitsluitend bestemde pan of schaal met openingen. De pan of schaal moet zoo groot zijn, dat het vleesch vrij ligt, zoodat het bloed behoorlijk kan wegloopen. Dan wordt het vleesch met zuiver, fijn zout bestrooid en zoo moet het een uur blijven liggen. Dan wordt het 3 maal met zuiver water goed afgespoeld, zoodat ieder bloed- en zoutdeel weg is.
Voor de kop, long, hart, lever zijn nog aparte voorschriften.
Gevogelte wordt eerst boven een vlam gehouden om de veeren te verzengen. Dan moet de kop afgesneden worden eer de vogel in het water wordt gezet. Alle inwendige deden worden er uitgenomen en de maag moet geopend en onderzocht worden of er iets onreins in zit. In twijfelachtige gevallen beslist een deskundige. Indien eieren in geslachte vogels gevonden worden, dan moeten die geheel afzonderlijk behandeld en nooit met melkspijs gekookt of gebruikt worden.
Alle vleesch is treife, dat binnen 3 maal 24 uren na het slachten gezouten is.
Er zijn niet alleen Kauscher slagers, maar ook bakkers, leveranciers van boter, kaas enz. Voor de bakkerij is bepaald, dat van ieder deeg, dat uit tarwe, gerst, haver, rogge, bereid, tot brood gebakken zal worden, een gewijde heffing moet worden genomen. D. w. z. na het uitspreken van een toepasselijke lofzegging, wordt een bepaald gedeelte van het deeg genomen (bij IV2 K.G. meel is het te nemen deeg pl.m. de grootte van een ei en zoo naar verhouding) en in het vuur verbrand. Dat heet chalah.
Vroeger bakte de joodsche huisvrouw zelf het brood en althans het sabbathsbrood en dan golden ook haar bijzondere voorschriften. Maar in West-Europa leeft de joodsche vrouw algemeen als de niet-joodsche. Voorschrift is ook, dat de joodsche vrouw vanaf haar huwelijksdag steeds het hoofd gedekt heeft. En regel is nu toch, dat de joodsche vrouw ook met ontbloot hoofd verschijnt.
