(1628—1688), werd in 1628 in Elstow in Bedfordshire geboren. Zijn vader was ketellapper.
Hij koos hetzelfde vak. In zijn jeugd leidde hij een tamelijk losbandig leven.
Gedurende den Engelschen burgeroorlog diende hij als soldaat. Toen hij 20 jaar oud was, huwde hij.
Zijn vrouw bracht niets mede. De jonggehuwden waren zoo arm, dat zij maar één lepel bezaten, dien zij bij afwisseling moesten gebruiken.
Zijn schoonvader had aan zijn dochter enkele Christelijke boeken geschonken. Deze las John en zijn geweten begon te ontwaken.
In 1653 kwam hij tot bekeering. Hij sloot zich aan bij de gemeente der Baptisten en werd te Bedford gedoopt.
In 1655 verhuisde hij naar die stad, om in de gemeente aldaar te dienen als diaken.
In 1656 begon hij als leek te prediken.
Omdat Cromwell de regeering in handen had, werd hij niet bemoeilijkt, maar na de restauratie onder Karel II werd hij, omdat het prediken van leeken niet geoorloofd was, gevangen genomen. Twaalf jaar verkeerde hij in den kerker (1660—1672).
Karel II deed hem allerlei aanbiedingen, maar tevergeefs. Bunyan wilde niet tegen zijn overtuiging handelen.
In zijn kerker te Bedford schreef hij: The holy city, The resurrection of the Dead, en Grace abounding (een autobiografie). In 1672 werd hij door den bisschop Barlow van Lincoln vrijgelaten.
Drie jaar predikte hij onder grooten toeloop. Toen werd hij weder 6 maanden in den kerker geworpen.
De „Declaration of Indulgence” van Jacobus II (1687) gaf den Baptist vrijheid. Dit werd door hemzelve niet zonder wantrouwen opgenomen, maar onder Willem van Oranje (1689) kregen alle Dissenters volkomen vrijheid.
Bunyan beleefde dit niet meer, want hij stierf in 1688.
Onder zijn geschriften staat bovenaan The pilgrims progress, waarvan het eerste gedeelte in 1678 en het tweede gedeelte in 1684 het licht zag.
Dit boek is een van de meest gelezen boeken. Het werd in vele talen overgezet, in het Nederlandsch onder den titel Pelgrimsreize naar de eeuwigheid.
Het is een schitterende allegorie. Het boek beschrijft, hoe Christen uit de stad des verderfs vliedt, door vele raadslieden wordt aangesproken, door anderen wordt beangstigd, maar door trouwe vrienden (Evangelist, Uitlegger en anderen) op zijn reis naar den berg Sion gesteund wordt.
Spurgeon vertelt, dat hij de Pelgrimsreize meer dan honderd maal gelezen heeft. Bunyan schreef ook nog de Christinne-reis, De Heilige oorlog, Het leven en sterven van Mr Badman e.a., maar deze alle staan bij zijn hoofdwerk verre ten achter.
Men heeft Bunyan als prediker gesteld naast mannen als Baxter, Owen, Taylor e.a. Hij was zoo gevierd als prediker, dat hij op een wintermorgen om 7 uur in Londen niet minder dan 1200 hoorders rondom zich verzamelde.
Zijn groote invloed veroorzaakte, dat sommigen hem „Bisschop Bunyan” noemden.Bunyan had een diep inzicht in het leven der genade. Daarbij verstond hij de taal der vromen. Als baptist sprak hij veel over de noodzakelijkheid der bekeering en den rijkdom der genade. Verbondsmatig was zijn beschouwing natuurlijk niet.
Bunyan is een groot man geweest. Bunyan en Milton heeft men de twee grootste sterren aan den religieusen hemel der 17e eeuw genoemd. Maar welk een tegenstelling in afkomst en opvoeding ! Milton, de kanselier van Cromwell en Bunyan, de ketellapper; Milton, met de schoonste vorming, die zijn tijd kon geven en Bunyan met de slechtste, welke iemand ten deel vallen kan, en toch is Bunyan’s Pelgrimsreize meer bekend geworden dan Milton’s Verloren Paradijs.