zag den 15den Juli 1612 te Purmerland uit eerlijke, doch onaanzienlijke ouders het levenslicht. Zijn vorderingen op school trokken de aandacht.
Met toestemming zijner ouders ging hij naar de Latijnsche school te Haarlem. Spoedig daarop trok hij met eenige predikanten naar Den Bosch, waar hij o.a. kennis maakte met Voetius en Udemannus.
Opgenomen in het Staten-college (27 Februari 1633 ingeschreven bij de theologische faculteit) studeerde hij onder Hommius, Polyander, Walaeus, Thysius, Trigland, Heydanus en Lud. de Dieu. De pest in 1636 verschoonde ook hem niet.
Van den Engelschen predikant Mr. Hugo Good Year kreeg hij grondig onderricht in de Engelsche taal.
Den 9den Juli 1637 proponent geworden in de Classe van Haarlem, werd hij den 9den Maart 1638 eerste predikant te Wormerveer en Zaandijk. In 1643 te Dordrecht beroepen, werd hij daar des voormiddags van den 10den Januari 1644 bevestigd en aanvaardde hij de bediening met 2 Cor. 3 : 15.
Hij volgde de preekmethode van Lud. de Dieu, wijl hij haar zoo ernstig, krachtig en zielroerend vond. Hij was „volkmatig welsprekend”.
Zijn leerredenen teekenden soms een valsch vernuft.
Met de grootste geesten te Dordrecht ging hij om.
Zeer bevriend was hij met de familie De Wit en met den raadpensionaris Johan, die hem zeer goedgunstig gestemd was. In 1672 zette Borstius echter het volk tegen den raadpensionaris op.
In 1654 (17 Mei) werd hij in Rotterdam bevestigd. Hier werden zijn preeken met evenveel graagte gehoord als te Dordrecht.
Tot zijn dood toe hield hij een grooten toeloop van hoorders. Ook hier had hij tal van vrienden.
Alle schrijvers uit de 17de eeuw roemen zijn oprechtheid en hartelijkheid, maar hij was niet vrij van bemoeiachtigheid. Vroolijk was hij van aard.
Borstius was een vlijtig beoefenaar der classieken en in het Engelsch was hij buitengewoon ervaren. Een der nuttigste werkjes, die hij in het licht gaf, is stellig geweest Kort begrip der Christelijke leere, Enkhuizen 1661.
Nog in 1867 verscheen van dit veel gebruikte boekje een 22ste druk.
Borstius overleed op 1 Juli 1680.
Hij gaf o. m. in druk: De predicatie van ’t lang-hayr. Ook zeer in den smaak viel zijn: Geestelicke geneeskonst.
