Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Hans Tausen

betekenis & definitie

wordt wel eens de „Deensche Luther” genoemd. Hij was een arme boerenzoon, geboren 1494 te Fyen.

Wegens zijn groote gaven kwam hij op de school te Odensee. In 1515 werd hij opgenomen in de orde der kruisbroeders van Sint Johannes.

Hij studeerde op kosten van de Johannieterorde in het buitenland en werd in 1519 magister te Rostock. In 1523 kwam hij te Wittenbergin aanraking met Luther en Melanchton.

In 1524 werd hij prediker in Antoorskoo. Daar beleed hij in een preek op Goeden Vrijdag de beginselen der reformatie.

Doorden priorwerdhij gevangen gehouden. In 1525 werd hij overgeleverd aan den prior van de Johannieterorde te Wiborg, Peter Jensen.

Aanvankelijk werd hij streng bewaakt, maar hij mocht later weder preeken. Hij verliet onder bescherming van het volk, dat hem gaarne hoorde, het klooster en legde het ordekleed af.

Als medearbeiders sloten zich bij hem aan Jac.

Skjöning (later eerste evangelische bisschop van Wiborg) en Jörgen Sadolin, die ook in Wittenberg gestudeerd had (later eerste evangelische bisschop van Fyen).

In 1526 werd Hans Tausen tot kapelaan des konings benoemd. Van toen af mocht hij het Evangelie in Wiborg vrij prediken.

< >