Een Duitsch schilder, is geboren 2 October 1839 te Bernau in Baden. Reeds vroegtijdig toonde hij aanleg voor de schilderkunst te hebben, maar daar hij niet bij machte was om de opleidingskosten te betalen, schonk de groothertog van Baden hem, toen hij 20 jaar oud was, een jaargeld, dat hem in staat stelde onder Schirmer de lessen te volgen aan de Academie te Karslsruhe.
Later bezocht hij verschillende andere plaatsen en landen — Düsseldorf, Parijs, München, Italië — totdat hij zich in 1877 te Frankfort aan den Main vestigde, waar hij bleef tot 1899. In dit jaar toch werd hij benoemd tot directeur van de musea en van de Academie te Karlsruhe, die hem eerst als leerling had gekend.Was hij in zijn jeugd diep getroffen door het natuurschoon van de bosschen van het Zwarte Woud, in welker nabijheid hij was geboren en opgevoed, zoo bleef deze stemming hem op lateren leeftijd bij en hij gaf daaraan uiting in menig met gloed en kracht geschilderd landschap. Ook de poëzie, die die boschrijke natuur aankleeft, had hem niet onbewogen gelaten en werd door hem in zijn schilderijen tot uitdrukking gebracht door daarin op te nemen mythologische elementen als nymfen bij een bron, faunen, die op de fluit spelen, zwanen, die zwemmende naderen e.d. Ook Bijbeische onderwerpen heeft hij behandeld als de Geboorte van Christus, de Vlucht naar Egypte, de Verzoeking in de Woestijn e.a.
Van Thoma zijn mede afkomstig de muurschilderingen in de Peterskerk te Heidelberg, en verder heeft hij zich beziggehouden met het maken van illustraties, lithografieën en etsen. In het laatst van zijn leven was hij professor te Heidelberg.
