Bij de Joden bestaat een gebedsmantel.
1°. De z.g.n. kleine gebedsmantel, ontstaan uit kleine lapjes aan de kleederen, die volgens Num. 15 : 37—41 en Deut. 22 : 12 aan de Goddelijke geboden moesten herinneren. Deze mantel is een vierkante, vroeger blauwe, tegenwoordig witte doek, aan vier zijden met franje omzoomd, en over de schouders met twee linten saamgebonden. Bij het bidden wordt deze doek of mantel over het opperkleed gelegd. Anders wordt hij verborgen gedragen.
2°. De z.g.n. groote gebedsmantel. Dat is een vierkante witte doek met franje aan de einden, waarmee men in de Synagoge het hoofd bedekt.