Fransch componist, geboren 1510, stichtte, 1540, te Rome een muziekschool, in welke o.a. Palestrina zijn leerling was.
Talrijke motetten (kerkelijke lofzangen) en missen, die hij toen componeerde, moeten zich nog in het pauselijk archief bevinden. In 1562 ging hij tot de Gereformeerde kerk over, en zette toen de door Clement Marot en Theodorus Beza in het Fransch berijmde Psalmen vierstemmig.
Hij werd, 1572, in den Bartholomeusnacht vermoord.