Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Baptisten

betekenis & definitie

De Baptisten zijn afkomstig uit Engeland. Over hun oorsprong bestaat verschil van gevoelen.

Sommigen meenen, dat hun oorsprong te zoeken is bij de Lollarden der 14e eeuw, anderen oordeelen, dat zij ontstaan zijn uit de Anabaptisten der 16e eeuw. Bij onderzoek is gebleken, dat er wel eenige verwantschap is tusschen de Anabaptisten en de Baptisten ; maar men gaat het veiligst, als men hun oorsprong zoekt in Engeland, geheel afgescheiden van andere secten.Het Baptisme is in Engeland ontstaan onder Karel I. Enkelen meenen, dat de stichter van het Baptisme John Smyth geweest is, die om des geloofs wil vervolgd, naar Nederland uitweek en in 1606 een aparte gemeente stichtte naast de andere gemeenten der Independenten, welke reeds in Nederland waren. Smyth moet in Amsterdam onder den invloed der Doopsgezinden gekomen zijn en in 1611 naar Engeland teruggekeerd zijn.

Het is voorzichtiger om de geboortestond der Baptisten te zoeken in 1633. Toen scheidden zich in Londen eenige leden af van de gemeente der Independenten onder leiding van den predikant John Spilbury. Deze nieuwe gemeente zond een uit haar midden, Richard Blount, naar de Collegianten in Rijnsburg, om daar den doop door onderdompeling te ontvangen. Toen deze in Londen teruggekeerd was, doopte hij den voorganger Samuel Blackloak en 54 gemeenteleden.

Het aantal Baptisten nam zeer toe. In 1643 waren er al 7 gemeenten alleen in Londen. Veel hadden de Baptisten te verduren van een vervolging, welke de Engelsche Staatskerk op touw gezet had. Vooral na 1660, onder Karel II, werden aan hen verboden: vergaderingen en het bouwen van kapellen. Verschillende predikanten o. a. de bekende John Banyan, de schrijver van het wereldberoemde boek De Pelgrimsreis, werden gevangen genomen. In 1689 eindigde deze vervolging.

Toen gaf Willem III de „Tolerantie-acte” uit. In dat zelfde jaar werd de belijdenis der Baptisten (een recensie van de West-Munstersche belijdenis), opgesteld in 1677, door 100 Baptistische congregaties goedgekeurd. De Baptisten konden zich nu vrij bewegen. Er ontstond onder hen echter verschil van gevoelen.

In 1691 kwam er een scheiding tusschen de General-Baptisten, die Arminiaansch waren en de Particular-Baptisten, die Calvinistisch waren. Langzamerhand is in Engeland dit verschil weggedoezeld. Althans in 1813 bestond het practisch niet meer en in 1891 is het ook formeel opgeheven. Toen vereenigden zich de zendingsgenootschappen van beide richtingen tot één Baptist Missionary Society”. De beroemde prediker C. H.

Spurgeon had zich al in 1887 van de Unie afgescheiden, omdat deze de leer der Drieëenheid niet meer handhaafde en omdat velen geduld werden, die het zoenoffer van Christus en de rechtvaardigmaking door het geloof loochenden. Tegenwoordig bedraagt het aantal Baptisten in Engeland pl.m. 418.000 en het aantal gemeenten is 3080. Er zijn ongeveer 2132 predikanten en missionarissen.

Noord-Amerika Het Baptisme is in Noord-Amerika ontstaan ongeveer op denzelfden tijd als het ontstond in Engeland. Roger Williams, een Puritein, die in 1631 naar Noord-Amerika vertrok, stichtte in 1639 te Providence in den staat Rhode-Island de eerste Baptistengemeente. In Rhode-Island en in den staat der Kwakers n.l. in Pensylvanië bestond vrijheid van godsdienst, maar in de andere staten van NoordAmerika zijn de Baptisten erg vervolgd. Eerst in 1783 werd volle vrijheid van godsdienst verleend.

Sinds dien tijd zijn de Baptisten zeer toegenomen. Men telt tegenwoordig bijna 6 millioen Baptisten, 56,528 gemeenten en 42,744 predikanten en missionarissen. Zeer veel hebben deze Baptisten aan de zending gedaan. De AmerikaanschBaptistische-Zendingsvereeniging bestaat sedert 1814. Zij arbeidt in Birma, Assam, Indië, China, Japan en Afrika. De Baptisten hebben ook een eigen universiteit te Chicago en deze wordt zeer begunstigd door den schatrijken Rockefeller, die haar meer dan 48 millioen dollar schonk.

De meeste Baptisten in Noord-Amerika behooren tot de Particular Baptists. Zij zijn Calvinistisch in de leer, uitgenomen de beschouwing van den Heiligen Doop, die alleen aan bejaarden wordt bediend en wel door onderdompeling en in de regeering der kerk, welke geheel en al independentistisch is.

De Amerikaansche Baptisten houden zich aan de confessie van Londen (1677). Zij wordt ook wel genoemd de confessie van Filadelfia. In 1833 is een confessie vervaardigd door/. Newton Brown, d. i. „de New-Hampshire Confessie”. Deze is minder Calvinistisch, maar is toch door de Noordelijke en Westelijke staten aanvaard. Behalve deze Particular Baptists heeft men in Noord-Amerika:

1. De Anti-missionair Baptists, die zich in 1813 afscheidden en die tegen de zending zijn (120.000 leden).
2. De Free-will-Baptisten, die geheel en al Arminiaansch zijn (90.000 leden).
3. De Zevende-dags-Baptisten, die op Zaterdag rustdag houden, wel te onderscheiden van de Zevende-dags-Adventisten (8000 leden).
4. De Tunker of Daitsche Baptisten (75.000 leden).
5. De Zes-beginsel-Baptisten, die in Hebr. 6 : 1, 2 de zes grondbeginselen van het Christendom vinden.
6. De Weinbrennerianen, zoo genoemd naar den stichter Weinbrenner, die in leer en prediking Methodistisch zijn en die de voetwassching hoog houden (20.000).
7. De Christian of Unitarian Baptists (98.000). Deze zijn modern in de leer. Zij verwerpen de leer der Drieëenheid en loochenen de verzoening door Jezus Christus.
8. De Disciples of Christ of Campbellieten (800.000), gesticht door Alexander Campbell in 1827. Zij werden om hun zonderlinge leeringen uit de gemeenschap der Baptisten gestooten. Deze willen van den Bijbel een wetboek maken, waarin voor elke handeling een voorschrift moet gevonden worden.

Duitschland In Duitschland is het Baptisme gekomen door J. G. Oneken (1800—1884). Deze man was geboren in Varel (Oldenburg). Hij ging op 14-jarigen leeftijd naar Schotland. Hij toefde daar tot zijn 19e jaar en ging toen naar Londen.

Van Londen uit werd hij als missionaris naar Hamburg gezonden van wege de „Continental Society”. In Hamburg sloot hij zich eerst aan bij de Independenten-gemeente, maar in 1834 kwam hij door onderzoek van de Heilige Schrift tot de overtuiging, dat de doop door onderdompeling en dan wel alleen aan volwassenen de eenige Bijbelsche Doop was. Nu stichtte hij een kleine Baptisten-gemeente nadat hij zich had laten doopen. Hij was zelf boekhandelaar, maar hij heeft zijn krachten en zijn geld besteed, om propaganda te maken voor het Baptisme. Hij werd gesteund in zijn arbeid door Julius Köbner, een vroegeren graveur, maar een man met een rijke fortuin en door G. W. Lehmann, die leidsman werd van de Baptisten-gemeente in Berlijn.

Eerst werden de Baptisten in Duitschland vervolgd, maar in 1848 kregen zij vrijheid van godsdienst. De Duitsche Baptisten verklaarden zich in hoofdzaak één met de Engelsche en Amerikaansche. De zending is onder hen ook een levensvoorwaarde.

Aantal leden 42.930; gemeenten 226; predikers en missionarissen 200.

Nederland De stichter van de Baptisten-gemeente in Nederland is Dr. Johannes Feisser, geboren 1805 te Winsum (Groningen). Hij studeerde te Groningen en werd daar doctor in de theologie. Nadat hij enkele gemeenten gediend had, werd hij in 1841 door het lezen van Newtons Cardifonia tot inkeer gebracht. Hij stond toen te Gasselter-Nijeveen. Aan de Groninger theologie keerde hij den rug toe, maar, omdat hij den kinderdoop verwierp, werd hij in 1843 door het Provinciaal kerkbestuur van Drente afgezet.

Daarna stichtte hij een kleine gemeente van Baptisten. In 1845 ontstond ook een kleine gemeente van Baptisten in Zutphen onder Ds. de Pinto. Ook de bekende Ds. J. de Liefde behoorde eenigen tijd tot de Baptisten, maar hij stichtte later een vrije gemeente. Ook in andere plaatsen ontstonden Baptistische gemeenten. In 1881 zijn ze verbonden tot een Unie, maar een gemeenschappelijke Confessie hebben ze niet.

Elke gemeente heeft, naar independentistische manier, een eigen belijdenis. Voor het grootste gedeelte zijn de Baptistische gemeenten in Nederland ontstaan door het Reveil. Enkele danken hun ontstaan aan de Vrije Evangelische gemeenten. Enkele der Baptistische gemeenten dragen een Calvinistisch type (zooals die van Makkum en Franeker). Aantal leden 1982; gemeenten 24. Vier gemeenten met 282 leden behooren niet tot de Unie.

Voorts vindt men Baptisten in Rusland (266 gemeenten met 37.000 leden); in Zweden (607 gemeenten met 51.000 leden); in Hongarije (68 gemeenten met 61.000 leden); in Frankrijk (43 gemeenten met 2300 leden). Het schibboleth van de Baptisten (we bedoelen hier de ParticularBaptists) is de doop der bejaarden en de doop door onderdompeling.

< >