Van dezen god der Grieken en Romeinen wordt gesproken in 2 Macc. 6 : 7, 14 : 23. In het Grieksch heet hij Dyonisos.
Hij werd bij Grieken en Romeinen geëerd als de god van den wijn. De Bacchus- of Dyonisiusfeesten, hem ter eere ingesteld, kenmerkten zich door uitgelatenheid en vleescheslust.
Daarom waren deze feesten den vromen Israëlieten een gruwel. Antiochus Epifanes, die de Joden wilde dwingen aan de „Bacchanalia” deel te nemen ondervond ontzaglijken tegenstand.