Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Askenas

betekenis & definitie

was volgens de volkerentafel (Gen. 10:3, 1 Kron. 1 :6) een zoon van Gomer, kleinzoon van Jafet en achterkleinzoon van Noach. De vraag, waar de nakomelingen van dezen aartsvader gewoond hebben, is zeer verschillend beantwoord.

Omdat in Gen. 10 : 3 als broeders van Askenas genoemd worden Rifat en Togarma (welke laatste naam ongetwijfeld op de Armeniërs ziet) hebben velen als stellig aangenomen, dat onder de Askenieten verstaan moet worden een aan de Armeniërs verwante stam, die gewoond moet hebben in de nabijheid van de Zwarte en de Kaspische zee. Voor een zekere verwantschap met de Armeniërs pleit ook, dat in Jer. 51 : 27 de Askenieten onder de koninkrijken Ararat en Minni (beide Armenische landschappen) opgeroepen waren tot den strijd tegen Babel.

Voor deze meening pleit ook, dat de naam Askan een Armenische eigennaam is en dat de uitgang As zuiver Armenisch is.Er zijn er ook, die de Askenieten zoeken bij de Askanische zee in Frygië en Bithynië. De meening, dat de Askenieten eigenlijk de Duitschers zijn, welke meening door Duitsche Rabbijnen werd voorgestaan, is onhoudbaar. Zij is misschien onstaan door de Oud-Germaansche mythologie, waarvan dan de Rabbijnen gebruik gemaakt hebben. Immers in die mythologie is sprake van een zekeren Iskus.

< >