Bijbelse encyclopedie

Prof. dr. F.W. Grosheide (1950)

Gepubliceerd op 17-04-2025

ARAUNA

betekenis & definitie

Een Jebusiet, wiens dorsvloer David kocht, om daarop een altaar op te richten voor de Here, daar de engel, die verderf bracht onder het volk, bij deze dorsvloer op bevel van de Here zijn hand liet zinken, zodat de plaag van de pest, de straf voor Davids zonde met de volkstelling, ophield; 2 Sam. 24 : 16—25; 1 Kron. 21 : 15—22 : 1. Salomo bouwde op deze plek de tempel, 2 Kron. 3 : 1. 2 Sam. 24 : 16 heeft de Hebr. consonantentekst H(ā)’(ō)rn(a)h, de Masoreten willen lezen: Hā’ăraunah. 2 Sam. 24 : 18 heeft de consonantentekst ’rnjh, de Masoretische vocalisatie wil lezen: Arauna.

In Kronieken is de naamOrnan.

< >