Wat is de betekenis van trost?

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

trost

trost - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van trossen ♢ Jij trost 2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van trossen ♢ Hij trost 3. verouderde gebiedende wijs meervoud van trossen trost!

2025-07-28
Woordenboek Turks-Nederlands

MEHMET KIRIŞ (2024)