tristis
tristis (-is, -e), - (Lat.) droevig, somber, treurig, bij uitbreiding: met somber (donker, vaal) gekleurde bloemen; met hangende bloemen of bloeiwijzen.
Dr. C. A. Backer (1936)
tristis (-is, -e), - (Lat.) droevig, somber, treurig, bij uitbreiding: met somber (donker, vaal) gekleurde bloemen; met hangende bloemen of bloeiwijzen.
Jac. de Bruijn (1973)
treurend Betula verrucosa ‘Tristis’ Salix alba ‘Tristis’ truncatula vrijwel afgeknot Didymochlaena truncatula truncatus afgeknot Zygocactus truncatus
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Dr. J.F.L. Montijn (1949)
e 1. in ’t alg., treurig, bedroefd, tristis, demissus, Cic. | vand. (poët.) overdr., van zaken = treurig, akelig, somber, Tartara, Verg., unda, Verg., Hor., ook = walgelijk, wrang, bitter (van smaak en reuk), suci, Verg., anhelitus oris, Ov.; objectief = treurig, droef, bedroevend, smartelijk, ongelukki...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: