Tintelen (glinsteren)
(tintelde, heeft getinteld), flikkeren, glinsteren: haar ogen tintelden van vreugde; de wijn tintelt in het glas.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(tintelde, heeft getinteld), flikkeren, glinsteren: haar ogen tintelden van vreugde; de wijn tintelt in het glas.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: