Strijk en zet
bw. uitdr., ieder ogenblik, herhaaldelijk, geregeld : dat doet hij strijk en zet; het is strijk en zet met hem verkeerd.
Van Dale Uitgevers (1950)
bw. uitdr., ieder ogenblik, herhaaldelijk, geregeld : dat doet hij strijk en zet; het is strijk en zet met hem verkeerd.
Marc De Coster (2020-2025)
(18e eeuw) (inf.) herhaaldelijk, met regelmaat. Deze uitdrukking werd mogelijk ontleend aan het dobbelspel (zie citaat 2008). • ’t Is strijk en zet. Dit zegt men van voordeel, dat ras en zonder moeite verkregen word. ’t Is ontleent van de dobbelbank, daar men byzet, en door een gelukkigen worp den pot na zich strykt. Zulk een gaat&...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
F. Stoett (1977)
geregeld, zonder mankeren, telkens weer. Deze sinds de 17de e. bekende uitdr. is wellicht aan een dobbelspel ontleend en wil eig. zeggen: zó dat men het gewonnen geld opstrijkt en weer inzet. In de 16de-I7de eeuw is de bet. oorspronkelijk: dadelijk, zonder tussenpoos. Ook in een rijmpje van de heiers komt strijk en zet voor; het is echter mo...
M. J. Koenen's (1937)
bw. uitdr.: 1. bij het heien uitroep v. d. ploegbaas, nl. bij het voor de laatste maal neerlaten (strijken = laten zakken; zetten = laten rusten) v. h. heiblok; 2. geregeld, zonder mankeren, schering en inslag, b.v. ruzie is er (in dat gezin) .
F.A. Stoett (1923-1925)
D.w.z. ieder oogenblik, herhaaldelijk, schering en inslag, geregeld, zonder uitzondering. De uitdr. kan aan een dobbelspel (of een kaartspel; zie Tijdschr. XXXIX, 158) ontleend zijn en eig. willen zeggen: strijk de ingezette som op en zet opnieuw weer in. Het is ook mogelijk, dat ze aan het bedrijf van den schipper ontleend is, die bij het d...
T. Pluim (1921)
maar aldoor, herhaaldelijk. Sommigen ontleenen het aan het dobbelspel, waarbij men den pot opstrijkt en terstond weer opnieuw inzet; anderen evenwel denken aan den schipper, die bij het doorvaren van een brug het zeil strijken en het daarna opnieuw zetten moet. De uitdrukking beteekeride dan ook vroeger: terstond, onmiddellijk, terwijl zij nu een b...
F.A. Stoett
geregeld, zonder mankeren, telkens weer. Deze sinds de 17de e. bekende uitdr. is wellicht aan een dobbelspel ontleend en wil eig. zeggen: zó dat men het gewonnen geld opstrijkt en weer inzet. In de 16de-I7de eeuw is de bet. oorspronkelijk: dadelijk, zonder tussenpoos. Ook in een rijmpje van de heiers komt strijk en zet voor; het is echter mo...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: