Wat is de betekenis van Singulare tantum?

2025-07-28
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Singulare tantum

[Lat.] zelfstandig naamwoord dat in een taal uitsluitend in het enkelvoud voorkomt, bijv.: geduld, haat, nijd e.d.; vgl. plurale tantum.