Wat is de betekenis van Pauk?

v. (-en). Pauke.

I -> lauk pauk, allerlei bijspijzen; II memauk, met ’n haak naar zich toehalen; pemauk, (brand)haak.

ketelvormig slaginstrument. slaginstrument dat bestaat uit een ketelvormig lichaam in metaal, hout of kunststof waarover een vel is gespannen dat kan worden gestemd door de spanning ervan te regelen, dat wordt bespeeld met stokken, en dat vooral wordt gebruikt in klassieke orkestmuziek. Vooral in het meervoud, omdat het instrument zelden...

Een pauk is een slaginstrument bestaand uit een metalen ketel en een membraan: een vel van kalfshuid of kunststof dat op de gewenste toonhoogte gespannen kan worden, vroeger met stemschroeven rond de rand van de ketel, sinds ca. 1930 meestal met een pedaal. Het bereik is ongeveer een kwint. In het slagwerk neemt de pauk een aparte plaats in aangezi...

Slaat de dromer op een pauk, dan wordt er iets aan de grote klok gehangen dit plaatst hem niet altijd in het juiste daglicht; hij valt op een onaangename manier op.

keteltrom

pauk - Trommen met een komvormige, resonerende cilinder, meestal van koper, het trommelvel van kalfsleer of kunststof en uitgerust met een mechanisme voor het stemmen van het instrument.

slaginstrument dat paarsgewijze in het symfonieorkest is opgenomen. Bestaat uit een koperen halve bol waarover een kalfs- of ezelsvel is gespannen, zodanig dat door middel van stemschroeven de spanning, en daarmee ook de toonhoogte, kan worden gewijzigd. Tegenwoordig zijn zgn. machine-pauken in gebruik, waarbij het verstemmen geschiedt door een ped...

keteltrom; paukenist: paukslagen