Opperpriester
m. (-s), (E.-K.) 1. ben. voor de hoofden van de vier en twintig Joodse priestergeslachten en de gewezen hogepriesters: de opperpriesters en schriftgeleerden ; verg. Overpriester; 2. (fig.) de paus.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-s), (E.-K.) 1. ben. voor de hoofden van de vier en twintig Joodse priestergeslachten en de gewezen hogepriesters: de opperpriesters en schriftgeleerden ; verg. Overpriester; 2. (fig.) de paus.
M. J. Koenen's (1937)
m. opperpriester s (Bijbel: hogepriester, ook: priesterlijk lid van de Hoge Raad; R.-K. de Paus).
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
In het O.T. stond aan het hoofd van de geheele priesters- en Levietenstand de hoogepriester (Lev.21.10; Num.35.25, enz.). Hij wordt ook genoemd de gezalfde, de priester, de priestervorst. Hij bezat de volledige priesterlijke waardigheid en was de middelaar tusschen God en het geheele Joodsche volk. Hij bracht het dagelijksche morgenen avondoffer en...
Jozef Verschueren (1930)
('oppər) m. (-s) 1. Algm. voornaamste priester, hogepriester. 2. Inz. paus.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
m. (-s), 1. ben. voor de hoofden van de 24 joodse priestergeslachten en de gewezen hogepriesters; 2. (fig.) de paus.
J.H. van Dale (1898)
Opperpriester m. (-s), eerste priester, hooge-, aartspriester; (fig.) de paus; ...PRIESTERAMBT, o. het ambt, de waardigheid van opperpriester; ...PRIESTERSCHAP, o.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: