Wat is de betekenis van Onfeilbaar?

bn. bw., 1. aan geen dwaling, geen vergissing onderhevig: je kunt het immers mis hebben of ben je onfeilbaar? — (R.-K.) gevrijwaard van dwaling met betr. tot de geloofs- of zedenleer : de Paus is onfeilbaar als hij spreekt ex cathedra; 2. altijd het bedoelde of verwachte resultaat hebbend, zonder kans van falen: die welluidende stem, die het...

Sommige mensen die een klankschaalmassage ontvangen, aanzien de behandelaar als een onfeilbare gids of toch op zijn minst als een verzorger met voor elk stankje een klankje. De behandelaar maakt best duidelijk dat ook hij wel eens droomt van een verafgelegen atol en juist daarom graag met beide voeten op de grond blijft staan. Vertellen over eigen...

onfeilbaar - Bijvoeglijk naamwoord 1. niet kunnen falen, altijd goed werkend ♢ De zogenaamde onfeilbare kerncentrale was toch minder veilig dan altijd werd gedacht. ♢ Toen de onfeilbaare leraar een fout maakte dachten alle leerlingen dat ze hem niet goed hadd...

onfeilbaar - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: on-feil-baar 1. wie nooit een fout maakt ♢ van de paus wordt gezegd dat hij onfeilbaar is Bijvoeglijk naamwoord: on-feil-baar ... is onfeilbaarder dan ... ...

adj., ûnfeilber.

bn., bw. (vrij van dwaling, zich niet kunnend vergissen; zeker gebeurend, onvermijdelijk): een dokter is niet onfeilbaar; een onfeilbaar geneesmiddel, nooit falend; onfeilbaar zeker, stellig.

(on'feilba:r) bn. (...bare) en bw. 1. vrij van dwaling : geen dokter, geen geneesmiddel is -. 2. Kat. gevrijwaard van dwaling in zaken die geloofs- of zedenleer betreffen : de paus is als hij spreekt ex cathedra.

Het karakter van onfeilbaarheid komt eigenlijk uitsluitend toe aan de Heilige Schrift. Deze is theopneust, geïnspireerd door den Heiligen Geest, gelijk zij zelve betuigt (2 Tim. 3 : 16), en daar dit de Geest der waarheid is, is elke mogelijkheid van dwalen daarmede vanzelf uitgesloten. Deze onfeilbaarheid mag dus niet beperkt worden tot den re...

bn. en bw., aan geen dwaling, geen vergissing onderhevig: je kunt het immers mis hebben, of ben je — ?; (in de Rooms-Katholieke Kerk) gevrijwaard van dwaling met betrekking tot de geloofsof zedenleer: de paus is — als hij spreekt ex cathedra; altijd het bedoelde of verwachte resultaat hebbend, zonder kans van falen: zijn methode blijkt...