obscurus
obscúrus (-a, -um), - (Lat.) donker, duister, onduidelijk, ondoorschijnend, zonder doorschijnende stippels, met een donker hart, met donkere beharing.
Dr. C. A. Backer (1936)
obscúrus (-a, -um), - (Lat.) donker, duister, onduidelijk, ondoorschijnend, zonder doorschijnende stippels, met een donker hart, met donkere beharing.
Dr. J.F.L. Montijn (1949)
1. eig., donker, duister, iam luce obscurā, daar het reeds donker was, Liv., aquae, troebel, Ov.; subst., obscurum, i, n. duisternis, donkerheid, noctis, Verg. 2. overdr., duister, onverstaanbaar, onduidelijk, onzeker; onbekend, onberoemd; verborgen, onzichtbaar; gesloten, achterhoudend.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: