Wat is de betekenis van naïveteit (naïviteit)?

2025-07-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

naïveteit (naïviteit)

[➝Fr.], v., 1. natuurlijke openhartigheid, onschuld, ongekunstelde eenvoud: kinderlijke —; 2. onnozelheid: — sluit altijd in een gebrek aan kritiek en aan bewuste doordenking; 3. (-en), uiting van naïveteit: hij zegt van die naïveteiten, dat je wel om hem lachen moet.

Gerelateerde zoekopdrachten