Mijn vader is geen bremer (of breeuwer)
Dit wordt gezegd als men iemand het werk uit de handen wil nemen en hij het moet opgeven, het onvoltooid moet laten; vandaar dat ook als toevoegsel volgt: iklaat mij het werk niet uit de handen nemen. Vgl. ook in het oostfri.: Ik bin kên Brêmer, ik lat mi 't nich ut de Hand nêmen (Eckart, 61). Een Brem...