Men behoeft hem den mantel niet te scheuren
Mantel (scheuren), 1 Sam. 15: 27. Volgens Harrebomée II. 65 wordt dit gezegd ten opzichte van den tafelschuimer, wien men, als hij vertrekken wil, niet sterk behoeft te dringen bij den maaltijd te blijven. Het eigenaardige der uitdrukking wijst ons op vreemden oorsprong; zij is dan ook ongetwijfeld ontleend aan 1 Sam. 15: 27. Saul, zoo wordt daar v...