manlijk, mannelijk
bn., bw.; tot den man, het mannelijk geslacht behorende; eigen aan den man: kloek, flink: een mannelijk karakter, het mannelijk geslacht, een mannelijk leen; mannelijk handelen.
M. J. Koenen's (1937)
bn., bw.; tot den man, het mannelijk geslacht behorende; eigen aan den man: kloek, flink: een mannelijk karakter, het mannelijk geslacht, een mannelijk leen; mannelijk handelen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: