knijsen
kijken; (leren) kennen; begrijpen; vertrouwen Omstreeks 1600 voor het eerst aangetroffen, in enkele kluchten uit Brouwershaven. Hierin is sprake van becnoesten voor ‘bekijken’, knousen voor ‘kennen’ en beknuisde voor ‘zag’. Vervolgens omstreeks 1860 gevonden in de vorm aankneisen (‘aankijken’) en in 1906, in De Boeven...