Klompenmaker
m. (-s), die klompen maakt; — hij slacht de klompenmakers, gezegd tot iem., die met zijn rug naar ’t licht zit.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-s), die klompen maakt; — hij slacht de klompenmakers, gezegd tot iem., die met zijn rug naar ’t licht zit.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
iemand die klompen maakt. iemand die voor zijn beroep klompen maakt. Voorbeelden: De klompenmakers zeggen dat ze samen met TNO in staat zijn om Europese eisen te formuleren waaraan klompen moeten voldoen om een veiligheidskeurmerk te krijgen. Voor bescherming van de voet is het houten schoeisel absoluut veilig, verzekert fabrikant Sc...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Marc De Coster (2020-2025)
(1940+) (sold. Ned.-Indië) dokter, met bijgedachte aan een kluns. Syn.: pil*. Vgl. fietsenmaker*. • Klompenmaker, scheldnaam voor: dokter, die zijn vak niet verstaat. (J.J.M. van Dam: 'Jantje Kaas en zijn jongens,' Tijdschrift voor Indische Taal-, Land- en Volkenkunde, 1942-1948) • Alleen in de grote garnizoenen waren medisch opgele...
Marc de Coster (2007)
(soldatentaal) dokter, met de bijgedachte van een kluns. Vgl. fietsenmaker en het Vlaamse kloefkapper. Klompenmaker, scheldnaam voor: dokter, die zijn vak niet verstaat. (J.J.M. van Dam, ‘Jantje Kaas en zijn jongens’, Tijdschrift voor Indische Taal-, Land- en Volkenkunde, 1942-1948)
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: