opperste klompenmaker
(1933) (spot.) grote baas; ook: iemand die erg gewichtig doet. Vgl. baas* der bazen; bing*; bollebof*; grootmongool*; grote* manitoe; haantjepik*. • De heer Van Zwanenberg, de opperste klompenmaker bij deze zaak, heeft zelf om verlaging van de vergoedingen gevraagd. (Schuttevaêr; weekblad gewijd aan de belangen van den handel en de binnenland...