Kieuw
v. (-en), 1. (gew.) kakebeen; 2. (nat. hist.) naam der gepaarde ademhalingswerktuigen van waterdieren, inz. van vissen, zijnde een samenstel van vliezige platen, zeer rijk aan fijn vertakte bloedvaten, aan welker oppervlakte de uitwisseling van ademhalingsgassen plaats vindt; — wat men in het dagel. leven kieuwen noemt, zijn eigenlijk...